Overslaan naar inhoud

Mobility maturiteit

12 juni 2025 in
Mobility maturiteit
Hendrik Bollion

Binnen het bestaand maturiteitsmodel dat veel business modellen gebruiken, kunnen we de mobiliteitsmarkt vandaag verder projecteren. Het geeft ons inzicht in waar we mee bezig zijn en nog meer waar we naartoe zullen evolueren.


Niveau 0: Voorbarig of mislukt

Op dit niveau is er vrijwel geen erkenning of noodzaak om mobiliteit anders aan te pakken dan het al jaren is. 

Medewerkers krijgen auto's van de zaak toegewezen zonder structuur of concrete afspraken. 

Reparaties worden blindelings uitgevoerd en een auto wordt pas vervangen als deze niet meer kan worden gerepareerd. Het gebrek aan duidelijkheid in het aanbod aan werknemers leidt tot frustratie en onvrede over de gelijke voordelen die elke werknemer van zijn werkgever ontvangt.

Niveau 1: Reactief

Op het reactieve niveau is er een basisstructuur en afspraken vervat in de samenwerkingsovereenkomst van een medewerker. 

Er is een gestandaardiseerd aanbod van bedrijfsauto's, waarbij problemen en specifieke gevallen reactief worden aangepakt. Uitzonderingen zijn zeldzaam, maar bestaan wel. Bedrijfswagens worden vervangen volgens de looptijd van de leaseovereenkomst, waarbij bedrijven uitsluitend door de leasemaatschappij worden geleid.

Niveau 2: Vroege planning

Naast het centraliseren van de operationele verantwoordelijkheden wordt verder nagedacht over de manier waarop mobiliteit op jaarbasis cyclisch kan worden georganiseerd en gepland. Dit maakt tactische aankopen of leases mogelijk door verschillende inkoopstrategieën af te stemmen op deze centralisatie. Uitzonderingen worden structureel aangepakt en opgevolgd, maar er zijn nog veel lacunes die de transformatie van het bedrijf in de weg staan.

Niveau 3: Ontwikkeling van het bestuur

Naast centralisatie en cyclische planning van mobiliteitsactiviteiten wordt prioriteit gegeven aan de voortzetting van het bestuur en het beleid binnen het bedrijf. Onduidelijkheden worden weggewerkt, waardoor medewerkers de impact van hun mobiliteitskeuzes van bij het begin nauwkeurig kunnen inschatten.

Niveau 4: Strategische aanpak

Het draagvlak en het belang van een strategisch diversiteitsbeleid in het mobiliteitsaanbod voor het bfedrijf wordt op beslissingsniveau bevestigd. Dit belang wordt op managementniveau verdedigd en afgesproken.

Niveau 5: Proactief leiderschap

Voortbouwend op de ondersteuning in niveau 4 worden processen, governance en beslissingsmomentum cyclisch verder op elkaar afgestemd. Het uitdragen van een eenduidige visie in de hele organisatie, zowel bottom-up als top-down, wordt structureel benaderd. Dit houdt in dat nauw wordt samengewerkt met werknemers en werkgevers om niet alleen de diversiteit van mobiliteit te bevorderen, maar ook op alle gebieden verder te ontwikkelen en te ondersteunen.



Maturiteit over laadaanbod

Naast de abstracte positionering van mobiliteit binnen bedrijven, kunnen we dit model ook toepassen om de maturiteit van leveranciers te beoordelen in relatie tot de evolutie van mobiliteit in België. 

Hieronder vindt u een concrete weergave van de huidige staat van de leveranciers van laadpalen en de noodzakelijke evolutie die ze moeten doormaken om in de nabije toekomst aan de behoeften van Belgische bedrijven te blijven voldoen.

mobility providers maturity in Belgium

Als we nagaan waarom de huidige marktevoluties afwijken van de verwachtingen van bedrijven, vindt u hieronder enkele van deze redenen per fase:


Niveau 0: verkoop & service  met verkeerde afstemming

Op dit niveau zijn verkoop en service niet op elkaar afgestemd. Zodra een laadstation is geïnstalleerd, bestaat de service van de leverancier niet. Om problemen op te lossen, zijn meerdere vervolg-e-mails en repetitieve oproepen vereist. Een duidelijk servicecontract bestaat niet en wordt niet nageleefd.

Niveau 1: initiële intenties

Er zijn intenties om naast het installeren van laadstations ook een servicedesk te voorzien, maar deze diensten zijn niet beschikbaar waar en wanneer nodig. Zo heb ik onlangs vastgesteld dat verschillende CPO’s enkel tijdens kantooruren telefonisch bereikbaar zijn. Wanneer ik vroeg wat bestuurders moesten doen buiten kantooruren (waar de meeste problemen opduiken) verwezen ze mij vriendelijk door naar de website voor FAQ's te gaan zoeken...(die nog in opmaak was…)

Niveau 2: gestructureerde installaties

Er wordt een structuur opgezet om de installatie van laadstations te standaardiseren binnen duidelijk gedefinieerde serviceovereenkomsten. Jaarplanning en het prioriteren van de ondersteuning van medewerkers worden steeds belangrijker naast de verkoop van laadstations.

Niveau 3: Beleid

Het beleid om mobiliteitsdiensten verder te ontwikkelen en te diversifiëren wordt versterkt. Een leverancier van laadstations begint mobiliteit als een service te beschouwen en neemt de volledige verantwoordelijkheid voor het ontzorgen van de klant. Het niveau van samenwerking en de waarde voor een langdurige samenwerking neemt toe.

Niveau 4: Strategische samenwerking

Het strategische kader voor de levering van laadstations is geïntegreerd met het primaire energieverbruik van gebouwen en omvat ondersteuning bij verbruiken van werknemers thuis. Naast uitgebreide zorg worden aanvullende diensten ontwikkeld om ervoor te zorgen dat medewerkers laadstations efficiënt en effectief gebruiken en daarop worden aangemoedigd efficiënt te blijven gebruiken.

Niveau 5: Data gedreven ondersteuning voor proactief leiderschap

Data-gedreven beslissingen en verdere centralisatie van mobiliteitsdata, voortbouwend op niveau 4, wordt ontwikkeld. Dit biedt de mogelijkheid om binnen bedrijven data gestuurde beslissingen te nemen over het gebruik van mobiliteit en ondersteunt medewerkers bij het gebruik van alle mobiliteitsdiensten.

Conclusie

Als we zouden kijken naar het huidige EV service-aanbod aan werknemers, in vergelijking met waar bedrijven vandaag gepositioneerd zijn, zijn er nog veel mogelijkheden voor verbetering. 

Helaas hebben verschillende bedrijven andere prioriteiten en zijn ze ervan overtuigd dat het veranderen van de governance en het beleid slechts een deel van hun mobiliteitsprobleem zal oplossen.

Ten tweede is het aanbod van laadoplossingen van verschillende laadaanbieders jammerlijk genoeg slecht tot onaanvaardbaar:

Ze "verkopen" een hoge waarde, maar als je geen uitgebreide service level agreement, harde KPI’s hebt, ontbreekt de service verbazingwekkend snel.

Laat me benadrukken dat er vandaag leveranciers zijn die ik aan de hogere kant van de maturiteitsschaal kan positioneren. Vandaag de dag zijn het merendeel van de leveranciers nog steeds in niveau 1,2 daar laadpalen als "cashcow" nog steeds te makkelijk verkopen.


Waar bevind jij met jouw organisatie op deze maturiteitscurve?  Stemt deze behoefte overeen met wat jullie leveranciers vandaag aanbieden?

Ik ga graag in gesprek!